Veiligheid in de zorg: we willen er van uit gaan dat het allemaal tot in de puntjes geregeld is. Maar de zorg is een omgeving waar zowel wordt gewerkt, gewoond als verbleven. Je hebt daardoor te maken met verschillende doelgroepen, risico’s en wet- en regelgeving. Dat zorgt dat het organiseren van de BHV en veiligheid ingewikkelder is dan in een kantooromgeving. Er wordt vaak alleen gekeken naar ‘het management’ en ‘het personeel’ als het over de veiligheid in de zorg gaat. Hoe hebben ‘zij’ dat geregeld? Maar als bewoner of als familielid, heb je zelf ook een taak en verantwoordelijkheid. Dit vergroot niet alleen de veiligheid en zelfredzaamheid van het zorgbehoevend familielid, ook dat van de mensen die er werken.
Wat is zelfredzaamheid?
De zelfredzaamheid van mensen die in een zorgomgeving wonen of zorg aan huis krijgen, is doorgaans beperkt. De mate van zelfredzaamheid van iemand wordt bepaald door drie factoren:
- fysieke mobiliteit: is iemand fysiek in staat om zichzelf in veiligheid te kunnen brengen?
- veiligheidsbewust: kan hij of zij voldoende een een gevaarlijke situatie inschatten?
- risicobewustzijn: in hoeverre kan iemand handelen als er sprake is van gevaar? Denk aan kinderen die (nog) niet kunnen lopen, of aan ouderen en mensen met een (tijdelijke) fysieke of mentale beperking.
Een persoon kan weliswaar mobiel zijn maar wanneer hij of zij leidt aan een psychische stoornis, kan de zelfredzaamheid toch beperkt worden. Bijvoorbeeld omdat het inschatten of een situatie gevaarlijk is of niet, erg lastig is. En iemand met een verminderd verstandelijk vermogen kan het gevaar wel zien, maar beschikt niet altijd over het vermogen om adequaat te reageren, alarm te slaan of te vluchten. In totaal is zo’n 18% van de Nederlanders verminderd zelfredzaam.
Veiligheid in de zorg: neem je verantwoordelijkheid
We gaan er vaak van uit dat iedere zorgomgeving veilig is. Althans, dit is vaak wat we willen. Maar er kunnen tal van omstandigheden zijn die de veiligheid verstoren. In geval van een brand bijvoorbeeld, heeft het verplegend personeel de handen vol bij het in veiligheid brengen van hulpbehoevende bewoners. Zeker in een avond- en nachtsituatie is het doorgaans eerder regel dan uitzondering dat er één, hooguit twee medewerkers aanwezig zijn. Dat is wel iets om je te realiseren als je zelf een zorginstelling kiest voor een dierbare. Wat vind jij acceptabel? En ben je bereid om meer te betalen voor meer veiligheid? Het is een lastig, ethisch vraagstuk. Want eigenlijk stel je daarmee de vraag ‘wat mag veiligheid kosten?’.
Houd zelf de regie
Zit je zelf een situatie waarbij een dierbare is aangewezen op zorg van professionals? Hopen dat alles goed gaat is naïef. Neem zelf initiatief en houd zelf de regie in handen. Probeer een (toekomstige) woonsituatie eens door een BIO-bril te bekijken. Schenk hierbij aandacht aan zowel bouwkundige, installatietechnische als organisatorische aspecten. Wellicht zou een van de voorzorgsmaatregelen kunnen zijn dat je het gasfornuis of de elektrische kookplaat vervangt door een magnetron om kant-en-klare maaltijden op te warmen. Die trouwe maar o zo oude koffiezetmachine of waterkoker verruilen voor één met droogkookbeveiliging. In veel zorginstellingen is dit al normaal, maar voor veel zorgbehoevenden die op zichzelf wonen niet.
Betrek je familielid bij zijn veiligheid
Het organiseren van veiligheid kan van persoon tot persoon verschillen. Kijk naar de mogelijkheden, wensen en behoeften van jouw vader, moeder, broer, zus etc. Enkele tips
- Is er een ontruimingsplan? Neem deze eens met elkaar door. Staan er zaken in die onduidelijk zijn?
- Lees de opgestelde procedures door
- Zorg dat je aanwezig bent tijdens een oefening.
- Maak een (aanvullende) instructiekaart in grote letters en duidelijke pictogrammen, al dan niet voorzien van een noodtelefoonlijst. Zo weet jij en de nieuwe bewoner wat er van hem of haar verwacht wordt.
Want voor veiligheid in de zorg, zorg je samen!
Geef een reactie